De elfen van Skye hebben geluisterd! Op naar de Christmas spirits in Edinbrah. Vijf dagen. Is dat genoeg om ingepakt te worden door de Schotse hoofdstad? Waar begin je in een stad waar zoveel te beleven is? Daarom ga ik hotelhoppen om de omgeving beter te leren kennen.
This old town
Zodra ik de bus uitstap hoor ik de hoge tonen van een doedelzak. De zon schijnt. De imponerende gebouwen van Old Town brengen me terug naar een tijd waarin je als een dame werd behandeld door een gentleman met de charmes (en uiteraard accent) van Sean Connery. Incheckend in het eerste hotel blijf ik in die glamoureuze sfeer. Hilton Edinburgh Carlton bevindt zich in een voormalig warenhuis, gebouwd in de beginjaren van de twintigste eeuw en is gelegen aan North Bridge. De locatie kan bijna niet beter. Deze brug is de verbinding tussen Old Town en New Town. Vanaf hier sta je met een paar minuten op de Royal Mile en Princes Street. Het kasteel, gebouwd op een vulkaan, is vijftien minuutjes wandelen. En handig om te weten: vanaf Newcastle ben je per trein met anderhalf uur op Edinburgh Waverley station, slechts drie minuten te voet van dit hotel vandaan.
Olifanten met toverstokjes
Gewapend met de stadskaart en een paar handschoenen, want er is ineens een koufront het land binnen gewaaid, dool ik de eerste dag zonder plan rond. Geheel toevallig kom ik uit bij The Elephant House aan George IV Bridge, de lunchroom waar J.K. Rowling Harry Potter geschreven zou hebben. Als ik de wachtrij binnen zie, neem ik snel een foto en besluit ik er tegenover te lunchen bij Brunch. Andere bronnen beweren dat deze besteller juist is geschreven in een voormalig café boven het populaire Black Medicine Coffee. Ben je toch daar in de buurt, probeer eens een bamboethee bij het hippe Brew Lab Coffee aan College Street.
Labyrint van verborgen straatjes
In The Writers’ Museum vind je persoonlijke bezittingen, schilderijen en zeldzame boeken van de drie grote Schotse schrijvers: Robert Burns, Sir Walter Scott en Robert Louis Stevenson. Als je het tenminste kan vinden. Wanneer ik de weg vraag, kom ik erachter dat ik er twee keer voorbij ben gelopen. Het zit verstopt op de Royal Mile in een van de vele smalle steegjes en hofjes (wynds en closes genoemd) die Edinburgh rijk is. Lopend door het griezelige, donkere straatje begrijp ik ineens hoe het verhaal van Dr Jekyll and Mr Hyde in deze stad is ontstaan.
Halleluja in de pub
Op de hoek van Grassmarket en Victoria Street ontdek ik de gezellige, Ierse pub Biddy Mulligans waar ik geniet van de huisgemaakte Ierse lamsstoofpot en een Caledonian-biertje. De livemuziek begint pas tegen tienen. Ik krijg de tip om naar Stramash te gaan. Deze pub in een voormalige kerk aan Cowgate heeft ook elke avond livemuziek en op woensdagavond kan je mee dansen met een traditionele Ceilidh.
Even bijkomen
Op naar mijn volgende hotel. Na twintig minuutjes zet de bus me af ten noordwesten van de binnenstad. Voorbij Dean Village en vlakbij de Botanic Garden die ik beiden voor een andere keer moet bewaren, ligt mijn volgende verblijf: the Village Hotel Club Edinburgh. De lobby lijkt op een huiskamer met comfortabele banken en stoelen. Rechts zie ik de Starbucks en links de sportbar die ’s avonds tot leven komt met zowel bewoners uit de wijk als hotelgasten. Mijn overheerlijke diner in het restaurant daarachter is een verwennerij. Niet alleen is het zalig, maar ik kan even uitrusten na een dag rondstruinen. Mocht je nog wel puf hebben, je kan hier ook gebruik maken van de sportzaal, baantjes trekken in het zwembad of toch liever een massage? Ben je met de auto overgevaren van IJmuiden naar Newcastle? Dan kan je die hier kwijt op de ruime parkeerplaats.
We leven in een illusie
Ondertussen is de bevriende reisblogger ook in de stad. Samen voelen we ons bij Camera Obscura & World of illusions weer kind. De optische illusies zorgen voor grote hilariteit. Als ik over een brug loop door een draaiende buis met lichtjes, krijg ik het gevoel dat ik over de kop ga, net zoals in de Python. Verstandelijk weet ik dat ik rechtop blijf, maar mijn geest wordt zo voor de gek gehouden dat ik me echt voel draaien. Dat gevoel is zo grappig dat ik nog een keer ga.
Ondergrondse geheimen
Bij de Real Mary Kings Close, een historische ondergrondse tour aan de Royal Mile, dalen we heel wat treden af. Een zeventiende eeuwse smid leidt de groep rond met veel humor door het verborgen stelsel van steegjes en huizen. Omdat er overheen is gebouwd zijn de onderste oude lagen bewaard gebleven. En naast zo’n tour, wat moet je nog meer doen als je dan toch in Edinburgh bent? Juist. Haggis eten. Bij MUMS comfort food eet ik eindelijk mijn eerste huisgemaakte haggis, neeps and tatties van dit jaar.
Persoonlijk ontvangst
Mijn laatste verblijf is in het charmante Kingsway Guest House in de wijk Newington, een groene en rustige buurt. Kingsway wordt gerund door Lizzie en haar man Gary die voor een warm en persoonlijk welkom zorgen. Er is geen lift in dit Victoriaanse huis, maar de trap is zo elegant dat ik die voor lief neem. De kamer heeft net als het hele huis karakter. Het Schotse-ruit-patroon op het hoofdeind van het bed vind ik geweldig. Achter het huis is een privé-parkeerterrein. Ideaal als je met je auto bent overgevaren. Na de heerlijke porridge, die ik zelf nooit zo lekker lijk te krijgen, is het tijd om het kerstgevoel te ervaren. Minder dan tien minuutjes sta ik al in het stadshart.
Neem gewoon de bus
Mocht je, net als ik, je iets minder goed kunnen voortbewegen in een stad gebouwd op zeven heuvels, dan is de bus een uitkomst. Voor 4 pond heb je een dagticket. Met de vele haltes hoef je nooit echt ver te lopen. Alleen de heuvel naar het kasteel kan je niet omzeilen, tenzij je een taxi neemt. Die zijn ook makkelijk te vinden en een klein stukje kost maar een paar pond.
All I want for Xmas
Mijn laatste dag is tevens de eerste dag dat de kerstactiviteiten starten. En waar kijk ik al de hele week naar uit? Schaatsen op de ijsbaan van St. Andrew Square! De kou en miezerregen kunnen mijn pret niet drukken. Daarna nog een rondje over de kleine kerstmarkt op St George Street waar we crème whisky mogen proeven, aan de warme chocolademelk gaan en echte Schot… uhm Duitse Bratwurst eten. Lekkernijen en kerstspulletjes worden hier verkocht. De kerstliedjes schallen over het plein en met alle mooie lichtjes kom ik aardig in de kerststemming.
De hoofdkerstmarkt is in East Princes Street Gardens en opent pas de andere dag. Ik zie het reuzenwiel daarnaast al draaien, ook al kan er nog niemand in. De sfeer zit er al goed in. Maar eigenlijk moet je dat zelf gaan ervaren. Dus sleur je lief van de bank en zeg: schat, we gaan romantisch naar Edinburgh deze winter. Maar alleen of met vriendinnen kan uiteraard ook! De stad heeft voor iedereen iets te bieden.
Tijd om naar huis te gaan
Als ik mijn auto heb opgehaald bij vrienden in Loanhead, bezoek ik nog even snel Rosslyn Chapel. Vervolgens rij ik in tweeënhalf uur door naar Newcastle. Op de boot worden nog nieuwe vriendschappen gesmeed in de Navigators Bar onder de klanken van gitaar en gezang. De ferry terug geeft me gelegenheid om na te genieten van mijn avonturen en me mentaal voor te bereiden op rechts rijden in Nederland.
Is het ooit genoeg?
Edinburgh is de perfecte afsluiting van mijn trip in het Verenigd Koninkrijk, die ik drie maanden daarvoor begon in Dover. En ja, de stad heeft me ingepakt. Als een kerstcadeautje. Het is erg om te zeggen dat vijf dagen te kort waren. Ik heb nog lang niet alles gezien. Holyrood Palace en Arthur’s Seat moet ik bijvoorbeeld voor een volgende keer bewaren. Ik had ook graag nog meer van het kerstgevoel willen ervaren en Hogmanay willen meemaken, het nieuwjaarsfeest dat drie dagen lang wordt gevierd. Maar het was echt tijd om naar huis te gaan. Voor nu heb ik genoeg inspiratie voor mijn schrijfprojecten om een winter zoet te zijn in Nederland. Misschien nieuwe avonturen in een nieuw jaar?
Dit gastblog werd geschreven door Corina Kreeft.
BEZOEK DFDS.NL ▸
Dit vind ik Fantastisch .
En leuk om te zien .
Maar Ow Ow wat wil ik er graag zelf weer heen .
26 – 12 – 2017 . .